Tegen het vergeten van zo veel moois en minstens even veel gekkigheid. Een vierde deel in deze reeks.
Finn: “Mama jij bent stout!” Ik: “Waarom? “ Finn: “Omdat je niet braaf bent!”. Bam! Zeg daar maar iets op terug.
We zitten samen aan tafel maar de zon schijnt in zijn ogen: “Stoute zon! Jij mag niet naar mijn feestje komen. En jij moet naar de gevangenis. En ik ga jouw in de haaien gooien. En vechten.” Zo, dat zal de zon niet gauw meer opnieuw proberen.
Mama: Rowen gaat niet naar de crèche vandaag, hij moet naar de dokter. “ Finn: “Heeft hij buikpijn?” Dokters zijn er om iets te doen aan buikpijn. Voor andere dingen hoor je er niet naartoe te gaan.
Hij roept zijn broer nu ook ter verantwoording mét voor- en familienaam: “Rowen Sjelfout! Wat doen wij daar?”
“Op de boerderij van Jef… Ia ia o!” Blijkbaar de Nederlandse vertaling van ‘Old McDonald had a farm’. Heerlijk. Ik hou ervan als hij plots liedjes begint te zingen die hij op school geleerd heeft. Zijn versie van “Leve de Zeppelin’” is ook zalig.
Nog opgepikt in de klas: “Eigen sjult dikke bult!”
Terwijl hij halfnaakt rondsjeest op zijn autootje en ik ‘m ondertussen wil aankleden voor school: “Nee mama, ik ga in bloot naar school.”
Eén van de jongens van zijn klas heeft er een broertje en een zusje bijgekregen. Mama: “Hoe heten ze?” Finn: “Woody en Buzz’je (Lightyear)!” Yeah right.
Papa: “Wil je naar Dora kijken, Finn?” Finn: “Perfect!” (in het Engels). Ook geleerd van datzelfde (over-)educatieve programma: “Kom mama, let’s go!”.
Na een hele periode waarin hij elke nacht rond halfdrie bij ons in bed kroop, blijft hij tegenwoordig zonder problemen in zijn eigen bedje liggen. En daar is hij bijzonder fier op: “Mama, ik heb flink in mijn eigen bedje geslaapt!”.
“Nee mama, de pipi komt daar nog niet uit.” Als ik hem vraag om voor vertrek nog eens naar het toilet te gaan.
Of als hij wél op de wc zit: ” Da ruikt ier wel een beetje” en “Rowen mag ni aan mijn kaka komen”.
“Ik ga jou bloed geven!”. Niet in de sympathieke Rode Kruis-betekenis helaas.
Nu al een uitleg voor alles: “Ik heb Rowen ni gesjot, ik heb alleen gestampt.”
Net voor het slapengaan: “Mag ik Rowen nog eventjes pijn doen? Heel eventjes maar?” Euh… nee.
“Mama, mijn lipjes doen pijn nu.” Als hij een heel gezelschap goeiedag heeft moeten kussen.
Meer uitspraken van Finneman, lees je hier. En hier. En hier.